Ze kijkt recht in de lens van de camera zoals iedereen dat vandaag doet. Ooit weggelegd voor getrainde tv-gezichten, vandaag een vaardigheid beheerst door velen. Ze spreekt. Hoewel gereserveerd bij aanvang, breekt de vastberadenheid, haar zo kenmerkend, heel even door. Ze spreekt in letters met fluwelen verdriet omzwachteld.
Haar boodschap is er één van afscheid. Ze vertelt dat een reis eindigt maar ook dat een nieuwe begint. De nieuwe brengt nog geen energie, ook geen troost. Daarvoor is eerst tijd nodig. Het hoofd kan een klok lezen maar het hart neemt de tijd. De trilling van haar hand, die de kompasnaald van de toekomst vasthoudt, moet nog wegebben. Verdriet en verwarring komen voor rust en ontspanning.
De woorden haperen. Dit is een boodschap die ze niet eerder bracht. Die haar hart niet wil brengen, maar haar hoofd haar gebiedt. En dus breekt het hart onder de spanning van het hoofd. Je hoort de tranen stromen over de fluwelen letters. Ze wegen zwaar in haar mond.
De camera kijkt naar haar en spiegelt haar mooie gezicht zodat ze het geloof in wie ze is niet zou vergeten. Een meisje in de wereld, de hele wereld in dat ene meisje.