Hij keek naar de klas en de klas keek naar hem. Ze wisten dat dit het afscheid was. Afscheid van een lange samenwerking. Samen hadden ze jarenlang zorg gedragen voor de kinderen. De klas voorzag in geborgenheid en comfort, hij bracht inzicht en kennis maar ook zorg en aandacht. Aandacht voor elk kind, die hij allemaal bij naam kende en die ook hem jaren later nog altijd zijn naam toeriepen als ze met hun fiets door het dorp reden. De meester van de zesde klas. Bouwsteen van hun leven.
In stilte keek hij de klas in. Hij hoorde de geluiden van de duizend stemmen die voor hem hadden gezeten. De banken waren leeg maar ze vertelden zoveel verhalen. Hij wist nog heel goed welke opvallende klasgenoten op welke stoel hadden gezeten. Hoe hij in sommige jaren best af en toe een blik links achter of rechts voor moest werpen om de rust te bewaren. Een zachte maar kordate blik, een stem die tegelijkertijd berisping en begrip liet horen. Een vaardigheid, neen een kunst, die hij zo goed had leren beheersen. En altijd geloof. Geloof in wat diep verborgen in elk kind zat: de energie om de wereld van morgen te maken. Een wonderlijke kracht, onuitputtelijk, want elk jaar waren ze daar opnieuw.
Vele jaren mocht ik naar hem kijken. Ik zag hoe hij die wonderlijke kracht een zetje gaf. Hij vroeg hen naar hun dromen. De kinderen vertelden dat ze voetballer, kapper, tandarts, dokter, ingenieur, zangeres, elektricien, architect zelfs soldaat, zouden worden. Hij kende ondertussen veel voetballers, kappers, tandartsen, dokters, ingenieurs, zangeressen, elektriciens, architecten en soldaten. Dromen kwamen uit. Dat kon hij nu wel bevestigen. Hij gaf hen ook een opdracht. De kinderen moesten zichzelf een brief schrijven die ze pas op hun achttiende zouden lezen met een advies voor henzelf. Omdat hij wist dat alle wijsheid in de kinderen zelf zat. Het is het geheim van de meester.
Een laatste keer had hij de stoelen op de banken laten zetten. De klas wist dat dit het teken was. De schoonmaak kon beginnen. Hij keek naar de klas en de klas keek naar hem. Ze wisselden een laatste blik. Hij wist dat de klas goed voor de kinderen zou zorgen. Dat hadden ze afgesproken.
Hij stapte op zijn fiets en reed naar huis. Grijze haren in de wind. “Meester Hugo!”, riep een stem. Hij glimlachte en stak zijn hand op. De wereld van morgen wordt nog altijd gemaakt, dacht hij. Gelukkig maar.
3 gedachten over “De wereld van morgen”
Weer prachtig verwoord!
Beste Jens, een fantastisch kortverhaal van een nederige groot-meester welke aan de jongeren uit de regio Zingem jarenlang de kansen boodt om hunzelf maximaal te ontplooien, hetzij op intellectueel vlak ( via doorgeven van kennis vanuit pedagogische, opvoedkundige en ICT- vaardigheden,…) , hetzij op sportief vlak ( als jarenlang Jeugdbegeleider – en Jeugdvoorzitter), hetzij op expressief en cultureel vlak ( als Toneelvoorzitter, DJ Radio Delmare, Bimbamkwis, Extra-Murosaktiviteiten,Paasfoor,…). Met woorden, maar vooral ook met daden.
Een rasechte Zingemnaar, met een hart voor onze Jeugd, en de juiste idealen nastrevend ! Zo willen we er graag meer !
Jarenlang hoopte ik dat deze meester tóch nog eventjes langer zou blijven, zodat onze kinderen ook van zijn vaardigheid, (of nee kunst!) zouden mogen genieten, maar helaas… We wensen hem zalige jaren toe!
Bedankt voor deze mooie tekst, schrijver en onderwerp 😉