Pieter stond door het raam te staren naar de maan die klein en hoog stond aan de hemel. Het was twee uur en hij kon de slaap niet vatten. Tenminste, hij was een uur geleden in slaap gevallen, maar dan terug wakker geworden. Zijn nieuwe job riep veel vragen op.
Hij keek om en zag zijn vriendin vredig liggen dromen in hun grote bed dat onder het dakvenster stond. “Konden ze de sterren zien”, had ze gezegd. Hij zag haar karamellenbruine naakte rug die doorliep tot haar even naakte billen, zijdeglanzend in het maanlicht. “Weerkaatst zonlicht”, zei zij altijd. Ze was ook een informaticus. Eentje die de puntjes op de i wilde hebben. Geen sinecure in de ICT-wereld.
Vanaf de eerste dag had hij het gevoel dat er meer uit hemzelf kwam door haar. Ze deed hem boven zichzelf uitstijgen, vooral in zijn managementskills. Hij was geduldiger door haar, toonde meer begrip en kon zelfs beter anticiperen. Hij was creatiever in het vinden van oplossingen voor vele onverwachte problemen die elk IT-project kent. Door haar. En omgekeerd had hij het gevoel dat ook zij meer was dan zichzelf door hem.
Hij dacht aan het seminarie dat hij een maand geleden had gevolgd bij Stephen Covey. Covey, Dr. Covey werd hij trouwens graag genoemd, had de vraag gesteld “Wie denkt er dat het overgrote deel van zijn medewerkers of collega’s meer talenten, intelligentie, capaciteiten en creativiteit heeft dan ze mogen toepassen in hun job?” Meer dan 80% van de zaal had zijn hand opgestoken. Bedrijven slagen er dus in om systematisch minder uit hun mensen te halen dan wat erin zit. Het omgekeerde van zijn vriendin dus. Hij zag de quote op het scherm nog staan: “De Top-softwareontwikkelaars zijn niet gewoon beter dan de gemiddelde softwareontwikkelaar. Ze zijn ongeveer 10.000x beter” Nathan Myhrvold, voormalig Chief Technology Officer bij Microsoft.
Hij zag enkele gezichten voor zich. Sleutelfiguren in zijn project. Zijn team telde twintig mensen, secretaresse inbegrepen. Maar als er drie zouden wegvallen, dan was er geen project meer. De overige zeventien, met respect voor hun persoon, maakten het verschil niet. Ze vulden het geheel wat op. Drie op twintig. Drie personen die tien keer zoveel werk verzetten als alle anderen. Drie die langer bleven als het nodig was. Drie die geen sms’en ontvingen tijdens vergaderingen waardoor ze niet afgeleid werden. Drie die nochtans eens goed een pint konden pakken en voor wie de maandagochtend toch wel iets pijnlijks had. Drie die je niet zomaar met een kluitje in het riet kon sturen met een standaard managementantwoord. En ook drie die niet het hoogste salaris hadden van het team, integendeel zelfs.
Hoe kon hij ervoor zorgen dat, zoals zijn vriendin bij hem deed, hij zijn mensen boven zichzelf kon laten uitstijgen? Dat hij geen drie maar pakweg 10 of misschien zelfs 15 toppers had? Zodat hij niet zijn hand niet meer zou moeten opsteken als Dr. Covey weer eens vraagt of alle talent daadwerkelijk wordt aangeboord.
Zou dat niet de ideale beschrijving zijn van een manager: iemand die zijn medewerkers boven zichzelf kan laten uitstijgen?