Het duurt nu al drie weken vooraleer ik een letter op papier krijg. Ik zit op mijn jaarlijkse afspraak bij mijn appelboom (voor wie nieuw is bij deze verhalen, je vindt de eerste twee verhalen over de appelboom op mijn website www.jenspas.be). Woorden ontbreken. Taal is onmachtig omdat een gevoel nu eenmaal niet met zinnen te beschrijven is.
Het zijn er ondertussen twee geworden, die appelbomen. Twee appelbomen en de jongste kreunt onder haar vruchten. Veel te vlug groot geworden. Veel te vlug vruchtbaar. De stam kraakt en moet ondersteund worden. Het lijkt een illustratie van onze samenleving. We moeten zo vlug groot worden.
Maar niet het meisje. Het meisje heeft haar toekomst geruild met een eeuwige jeugd. Het meisje van de appelboom. Het meisje overleed twee jaar geleden. Een toekomst die niet ingevuld werd. Je vraagt je af hoe haar toekomst er zou uitgezien hebben. Hoe zou het eerste middelbaar verlopen zijn? En zou ze nog paard gereden hebben? Als de toekomst zich niet laat zien, dan proberen we ze te bedenken. We weten nochtans dat het zinloos is. Plannen maken, toekomst voorspellen, het is een nutteloze bezigheid, eigen aan de mens. Het is een hobby waaraan hij verslaafd is. De mens, het enige zoogdier dat weet dat morgen bestaat. Een koe heeft geen kalender.
Waar is de toekomst van het meisje? Ik kijk naar haar afbeelding en kijk weer eens in de verkeerde richting. Vinden is niet mijn sterkste kant. Zoeken kan ik dan weer als de beste. En toch, ik vind de woorden en schrijf ze neer. Eindelijk. Haar toekomst zit niet verborgen achter het prentje. Haar toekomst zit in mij en in al wie aan haar denkt. Sommigen spreken door haar. Anderen houden even halt. De tijd, die anders geruisloos voorbij trekt, wordt nu zorgvuldig bekeken zoals we onszelf bekijken. We kijken naar de tijd en daar is ze. In de spiegel van onze gedachten verschijnt het meisje van de appelboom.
Letters worden woorden worden zinnen worden een verhaal. Door haar. Haar energie heeft haar lichaam verlaten maar heeft zich verspreid onder ons allemaal. We zijn allemaal een beetje het meisje van de appelboom geworden. We zijn allemaal een beetje haar toekomst.